Kinderen willen en kunnen helpen in rouw
Ik krijg het niet voor elkaar. School, thuis, ik ga niet meer uit, ik denk dat ik overspannen ben.
Dit vertelde Joan mij tijdens onze sessie. Joan haar moeder had zich drie jaar daarvoor gesuïcideerd. Ze leeft samen met haar vader en broer. Haar vader heeft een drukke baan. Hulp thuis kwam er niet omdat vader twee pubers in huis had, die konden wel helpen, zo werd gezegd.
Kinderen en jongeren kunnen helpen in rouw
Kinderen zien het verdriet van hun ouder en willen helpen. Ze willen je weer vrolijk zien, ze willen de ouder van ‘vroeger’ terug. Dit geldt voor alle leeftijden. Hoe jonger, hoe meer ze alles uit de kast zullen trekken om een lach op je gezicht te toveren. Jongeren kunnen zich nogal eens ervan distantiëren om het niet te hoeven zien. Wat ik in mijn praktijk merk, is dat een hoop kinderen zich machteloos voelen, ze proberen en proberen, maar niets helpt.
Taakjes in huis
Vaak zien we dat kinderen als vanzelf jou gaan helpen. “Ik zet de vuilnisbak wel even buiten mama”! Daar ben je dan blij mee. Het kind groeit en ziet jou even blij zijn. Dit gaat een paar weken zo door en voor je het weet verwacht jij dat de vuilnisbak wordt buitengezet. Als het tegenzit spreek jij jouw kind erop aan dat hij dat niet gedaan heeft.
Helpen met taakjes in huis is belangrijk, de verantwoordelijkheid krijgen niet.
Maak een planning
Je kunt met de kinderen gaan zitten en een planning maken. Waarbij je ze ook kunt laten weten dat het fijn is als iedereen in huis wat doet. Dat ze jou daarmee kunnen helpen, omdat het zwaar is om het nu allemaal alleen te moeten doen. Als je dit in rust plant dan voorkom je een boze ‘opdracht’ als “hey, dek jij eens de tafel! “. Okay, die kan natuurlijk alsnog komen als je kind zich niet aan de planning houdt.
Je zou ook tijdens zo’n planningsgesprek aan je kind(eren) kunnen vragen: wat denken jullie dat je kan doen om mij te helpen?
Het goede gesprek
Iets anders wat nogal eens gebeurt is dat de ouder dingen uit het eigen leven deelt met de kinderen. Dit gaat vanzelf. Dat deed je ook al toen je partner nog leefde (in dit blog ga ik even uit van overlijden van een partner), maar de echt belangrijke zaken die opgelost moesten worden, besprak je waarschijnlijk met je partner.
Nu bespreek je dat misschien met je kind. Kinderen hebben meteen de reactie van binnen dat ze het voor je op willen lossen. Als jij zit te vertellen dat je je zorgen maakt om de zomervakantie omdat je niet weet of je het hele eind wel durft te rijden, dan gaat jouw kind met oplossingen komen. Dit is fijn, want kinderen kunnen hele leuke out-of-the-box ideeën hebben, maar voor het kind kan het belastend zijn. Je mag best praten met je kind maar sluit altijd af met “maar ik ga met tante Clara overleggen hoe ik dit op kan lossen”. Ik hoor vaak ouders bij mij in de praktijk vertellen dat als ze moeilijke dingen delen met hun kind, dat het kind dan zegt “wanneer moet je weer naar Leoniek”? Voor het kind is het fijn te weten dat er iemand is die voor de ouder zorgt, dat zij dat zelf niet hoeven te doen.
Rolovername / parentificatie
Een risico wat je loopt als het kind te veel verantwoordelijkheid krijgt of neemt (en jij hebt het niet door dus je kunt het ook niet voorkomen), is dat het kind de rol van de overledene over gaat nemen. Dan gaat het kind min of meer het leven leven van een volwassene en komt dan van een koude kermis thuis op het moment dat dit niet meer hoeft (omdat er bijvoorbeeld een andere partner is in je leven, of je het zelf weer helemaal aan kan). Die rolovername is lastig terug te draaien omdat een kind daar ook zijn zelfbeeld op dat moment aan ontleent. Als hij dan opeens hoort “hey Jan, bemoei je er niet mee, dit los ik zelf wel op”, dan staat je kind in de kou.
Terugdraaien rolovername
Wat je kunt doen om het kind weer in zijn kindrol te krijgen, is, op het moment dat het kind jou wil helpen wat niet (meer) hoeft, te zeggen “wat fijn Jan, ik zie dat je mij graag wilt helpen! Zou je, om mij te helpen, even de plantjes water willen geven?” Of een ander taakje wat typisch een kindtaak is. Op die manier gaan ze weer langzaam leren dat ze ook er toe doen als ze niets doen of kleine taakjes uitvoeren.
Terug naar Joan
Ik besprak verder met Joan wat ze allemaal moest doen thuis. Ze vertelde me dat in heb begin vader had gezegd wat ze zouden eten en welke boodschappen ze moest halen. Vader had ook altijd een briefje neergelegd met welke was ze in de wasmachine moest doen. Maar daar was nu niets meer van over. Vader legde geld neer en Joan moest zelf bedenken wat er gegeten zou worden, welke boodschappen er voor in huis moesten komen, etc. De was daar moest zij ook over nadenken. Welke was moet gedaan, kan wit bij donker, etc. Kortom, zij leefde het leven van een 16-jarige schoolgaande huisvrouw. Tijdens het oudergesprek heb ik vader verteld dat helpen prima is, maar dat de verantwoordelijkheid bij hem moet liggen. Toen Joan na een paar weken weer kwam vertelde ze me:
Het gaat veel beter. Ik ben er nog niet, maar ik merk dat mijn hoofd niet meer zo verschrikkelijk vol zit. Het is heel fijn om thuis te komen, het boodschappenbriefje te pakken en boodschappen te gaan doen. Papa kookt nu zelf ook weer veel meer. Hij vindt het heel naar dat ik me zo gevoeld heb, want hij had geen idee. Dat vind ik dan weer heel naar voor papa.
Een logische reactie van Joan dat ze zich nu bijna schuldig voelt naar haar vader omdat ze voor zichzelf heeft gezorgd. Het was nodig. Joan knapte goed op en kon weer haar ‘eigen’ leven leiden.
Misschien wil je hier iets over kwijt of kan ik op dit moment iets anders voor je doen. Weet me dan te vinden via www.hetnieuwerouwen.nl.
De afbeelding van dit blog komt uit de Rouwkalender. te bestellen als scheurkalender of gratis beschikbaar als app.